donderdag 22 maart 2012

Mozambique


In Malawi was, zoals we hebben geschreven, de politiecontrole nogal overdreven aanwezig. Maar voor het politiecorps in Mozambique zijn we tijdens onze reis nog veel vaker gewaarschuwd. Veel mensen met wie we hebben gepraat tijdens onze reis zeiden: let op dat je in Mozambique alles in orde hebt, want de agenten daar krijgen erg weinig betaald, en ze doen er van alles aan om toeristen voor van alles te kunnen bekeuren en dan een deel van deze fine in eigen zak te steken. Goed, een gewaarschuwd stel reizigers telt voor twee, dus we hebben ook weer voor Mozambique de nodige voorbereidingen getroffen. De twee rode gevarendriehoeken hadden we al aangeschaft in Zuid Afrika, in Malawi hebben we nog 2 veiligheidsjasjes aangeschaft en we hebben van erg hulpvaardige mensen (die een eigen bedrijf hadden in het maken van stickers e.d) een sticker gekregen voor achterop de auto met ‘ZA’ erop. Al deze dingen zijn verplicht in Mozambique en je word er gegarandeerd voor bekeurd als je het niet hebt. Daarnaast hebben we gezorgd dat we van al onze papieren een kopie hadden gemaakt. Het is namelijk niet handig om in Mozambique je echte paspoort, rijbewijs of andere belangrijke dingen af te geven, omdat het dan waarschijnlijk een hele sloot geld gaat kosten ze terug te krijgen.


Als laatste wisten we natuurlijk dat onze reverse-light niet werkt. Ide is onder de auto gekropen om dit te fixen onder grote belangstelling van ongeveer 15 omstanders. Op de versnellingsbak hoort een switch te zitten die word geactiveerd bij het inschakelen van de achteruit, helaas bleek bij Baie op de plaats van de switch een plug in de versnellingsbak te zijn gedraaid. Gelukkig bleek een van de omstanders een aantal beetle’s te hebben en konden we de switch van hem kopen, echter deze monteren bleek lastig vanwege de beschikbare ruimte en tools. Dan maar de switch aan Sabine haar stoel monteren (= de bijrijdersstoel..) in plaats van aan de versnellingsbak. De bedrading in elkaar gebeunhaasd en nu kon Sabine heel subtiel het knopje indrukken bij eventuele politiecontroles. En warempel, dit systeem was nog niet een halve dag in de auto geklust of we worden door een agent van de weg getrokken, papieren oke, verlichting, ja laat uw achteruit lichtje maar even zien. Ide morrelt wat aan de versnellingspook terwijl Sabine heel subtiel op het net geïnstalleerde knopje duwt. “Akkoord, rijd u maar door..!” Zoals je ziet doen we alles om te voorkomen dat we niet worden bekeurd voor onnozele dingen, 2 snelheidsovertredingen met een oude beetle die niet echt harder gaat dan 80km per uur is toch meer dan genoeg. (zie eerder blog + facebook van Ide…)


Bij (de tweede) binnenkomst van Mozambique hebben we op de zwarte markt geld gewisseld en zijn we daarna doorgereden over 200km (!) dirtroad. We hebben ongeveer 5 uur gereden over deze afstand en na deze bone-shaking route kwamen we behoorlijk gebroken aan in het eerste volgende dorpje. Hoeraa: Asfalt, eindelijk… Wat rijd dat ongelooflijk fijn! En benzine en geld uit een ATM, handig , je waant je zowaar weer in geciviliseerde gebieden.


De voertaal in Mozambique is Portugees, wat gesprekken en ook menukaarten lastig maakt. Zo bestelde Ide eens iets willekeurigs van de kaart waarna er bord met rijst verscheen met krabbetjes. Dat was wel even slikken maar gelukkig viel de stroom uit en bij het kaarsje zie je al veel minder. Diezelfde stroom viel in dit hotel trouwens ook uit toen we net allebei stonden te douchen, maar zulke dingen zijn niet heel wereldvreemd hier. Na een week zuidelijk rijden in Mozambique kwamen we de eerste shoprite (supermarkt) tegen, wat heerlijk om eindelijk eens in te slaan want de laatste was ergens weken geleden. We kopen dan ook erg veel langs de weg. Mensen bieden vaak per gebied waar je doorrijd hetzelfde aan en als we soms hiervan iets kopen zwaaien we hiermee naar alle andere verkopers om ze af te wimpelen. Dit levert vaak verbaasde blikken op, of mensen die snel een ander artikel wat ze ons dan wel willen verkopen omhooghouden.


Door Mozambique loopt één asfaltweg van noord naar zuid en zeker in het noorden is de staat van de weg erg slecht met joekels van potholes waar Baie in kan verdwijnen. De weg is ongeveer zo groot als een provinciale weg in Nederland en er is een enkele afslag naar een echt grotere stad die ook geasfalteerd is. Op gegeven moment staan we het uitzicht even te fotograferen midden op een mooie brug. Direct na de brug staat er echter een politiecontrole die we even niet gezien hadden, blijkt dat we niet mogen stilstaan op de brug. Gevolg was dat we werden omringt door een legertje van nieuwsgierige politiemannen die alles van ons wilden weten, alle papieren wilden zien en ook nog onze spullen wilden kijken. Ide heeft onder toeziend oog van het politiecorps onze kampeeruitrusting op z’n dooie akkertje op straat uitgepakt: ‘Kijk, dit is een slaapzak, nog een slaapzak, een slaapmatje, en nog een, een zaklamp… blablabla.’ Deze tactiek bleek behoorlijk goed te werken, want na onze pannenset, borden, bekers en gasbrander begon een van de agenten toch behoorlijk geïrriteerd te kijken. De klamboe was de druppel en we kregen toestemming om al onze spullen weer in de auto pakken. Zonder fine, maar met de waarschuwing dat we niet meer zonder reden op een brug mochten uitstappen.. De agenten in Mozambique behandel je trouwens behoorlijk anders als de Nederlandse, je geeft ze rustig de kopietjes en als ze om de originelen vragen zeg je dat ze het kunnen bekijken. Dit word vaak na enig zeuren wel geaccepteerd. Sommigen spreken nauwelijks Engels waardoor je soms ook prima de onnozele toerist uit kunt hangen. Zolang je maar laat merken dat je totaal geen haast hebt rol je overal wel doorheen.


In een van onze reisgidsen heeft Ide een plekje uitgezocht waar we heen konden rijden. ‘Marimba secret gardens’ was de naam van de lodge, halverwege Inhassoro en Vilanculos. De reisgids gaf aan dat we om er te komen een auto met 4-wielaandrijving nodig zouden hebben. Maarja, wij hebben met onze auto al menig weg bereden die ook zo omschreven was, dus dit zagen we niet als een onoverkomelijk probleem. Dat ging de eerste 20km van de dirtroad ook zonder problemen. Terwijl Sabine steeds stiller werd (de weg werd smaller en smaller) werd Ide steeds enthousiaster: ‘het moet wel een heel mooi plekje zijn, want het ligt zo ver van de bewoonde wereld af!’ Op een gegeven moment was het voor ons onduidelijk welke richting we moesten nemen en we hebben gebeld naar de eigenaars van de lodge. Tja, zei Ide aan telefoon: ‘We hebben eigenlijk niet een 4x4, maar wel een hele goede auto voor dirt-roads..’ De eigenaar van de lodge kwam ons tegemoet rijden om ons even de weg te wijzen. Om een beetle aan te treffen was even een verassing, maar na enige overredingskracht van Ide hebben we besloten om het maar gewoon te proberen en wel te zien hoever we zouden komen en tot het erg mulle stuk ging dit prima. Daar reed de eigenaar van de lodge namelijk even wat te langzaam voor ons, of het was gewoon te diep. Enfin, Baie stond muurvast waarop de lodge eigenaar 2 van zijn werknemers, een schep en een sterk touw opgehaald en ons gesleept heeft de rest van het stuk. Gelukkig bleek de voorspelling hoe afgelegener, hoe mooier prima te kloppen. We huurden er een huisje op palen wat een paar honderd meter van het prachtige en verlaten strand afstond, een enorm relaxte plek met goed eten en gezellige eigenaars. Op deze locatie was alles erg goed te betalen, maar inmiddels hebben we hier wel geleerd niet voor de goedkoopste optie te gaan, dit scheelt namelijk aanzienlijk in het aantal kakkerlakken dat je tegenkomt. Onze inspectie van overnachtingsplek word ook steeds uitgebreider..


Als we verder rijden zet Ide de auto ineens met een rotgang aan de kant, stapt uit en begint allemaal dingen van achter uit de auto op straat te gooien waardoor Sabine zich helemaal het leplazerus schrikt. In een Beetle ligt de accu onder de achterbank en Sabine had bij het inruimen van de auto de (metalen) vetspuit op de accu gelegd. Deze maakte kortsluiting waardoor het vet in de spuit kon gaan branden. Gelukkig is de auto niet uitgebrand en konden we na opnieuw indelen de reis zonder problemen voortzetten. Never a dull day in Africa!


In tofu hebben we een boot-snorkel-tripje gemaakt naar walvishaaien. De zee was behoorlijk ruw waardoor de rubberboot geweldig op en neer ging tot grote vreugde van Ide. Helaas hebben we de walvishaaien zelf niet gespot maar op een gegeven moment waren er wel wat dolfijnen. De boot manoeuvreert zich hier dan voor in een ideale positie en zodra de gids GO zegt spring je het water in. Sabine was te druk bezig met zich vast te houden aan de boot om hieraan te denken maar Ide zat klaar, in vol snorkel ornaat met duikbril, snorkel, wetsuitshirt en flippers. Zodra het GO klonk laat hij zich achterovervallen, schreeuwt de hele boot “achter je!!” en is Ide even zijn oriëntatie kwijt.. Zodra deze weer terug is zijn de dolfijnen helaas vertrokken, maar op de boot hebben ze het als schrale troost prima kunnen zien.

De stranden in Mozambique zijn werkelijk prachtig net als het binnenland overigens. Het is allemaal erg tropisch, op een camping aan de oceaan slaan we een kokosnoot uit een boom die door Ide geveld word en door Sabine opgepeuzeld word. De oceaan is heerlijk warm om in te zwemmen, vissers proberen nog met grote groepen en een net de oceaan in te lopen om wat visjes te vangen. Die visjes kan je s’avonds weer op je bord krijgen wat allemaal erg goed smaakt.


We besluiten om iets voor op schema door te trekken naar Zuid-Afrika om Kruger goed te zien en eventuele problemen met de auto nog het hoofd te kunnen bieden… Baie houdt zich overigens erg goed, wat fijn is want spares zijn in Mozambique niet echt te krijgen voor beetles.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten